Willem Kraan

Verzetsman Postbode uit Reeuwijk Dorp

Postbode – voor brieven en meer

Willem Kraan kwam uit Reeuwijk-Dorp. Hij was postbode en bracht post rond voor de Duitsers. Maar onder die post vanuit Duitsland zat er ook etenswaar in zijn posttassen.

Omdat hij ook lid was van de luchtbescherming, had hij een speciale armband waarmee hij zich ook in spertijd op straat mocht begeven. Hij was geabonneerd op het NSB-blad dat hij, ter afleiding, op de tafel kon leggen als de Duitsers koffie kwamen drinken.

Sonja de Jong, kleinkind van Willem Kraan, heeft een boek geschreven voor en over haar moeder. Hieronder een deel daaruit:

“De vleesporties worden netjes verdeeld. Een groot gedeelte gaat naar de gaarkeuken van boer Vergeer. De rest wordt door vader uitgedeeld onder de bevolking.

De bewoners die het vlees krijgen, zijn de bewoners die te vertrouwen zijn. Nou ja, dat hoopte je dan maar. Een verkeerde ertussen en je bent de sigaar.

Er is altijd een stemmetje in je hoofd die tegen je zegt dat je op moet letten. Maar ja, waar moet je dan opletten. Je vriend kan ineens je verrader zijn. 

Nol zat in het verzet. Waarschijnlijk had hij een distributielijst. Het vlees was ook een ruilmiddel om aan bonkaarten of een vervalste ausweissen te komen. Nol had daar zijn mannetjes voor. Misschien kon je er ook nog wel wapens voor krijgen. Dat gaat vader denk ik iets te ver. Ik zie mijn vader niet als een gangster die met een wapen op zak de zaak wel eens even gaat regelen. Afijn, dat is een hersenspinsel wat in mijn hoofd zit. Terug naar de hompen vlees.

De stukken vlees liggen netjes klaar in onze keuken om verpakt te worden in papier. In alle vroegte stapt pa op zijn fiets om de post te gaan ophalen, terwijl de stukken vlees verpakt worden. Niet van het geijkte patroon afwijken, want dat valt op. De hele nacht in de kuil staan beuken op dood vlees en maar een paar uur slaap om toch op tijd op het postkantoor te zijn. En de daarbij behorende controleposten passeren.

Normaal gesproken gaat vader direct aan zijn postrondes beginnen als hij de post opgehaald heeft. Nu niet. Hij fietst nu eerst weer terug naar huis. Even afwijken van het patroon. Het kan even niet anders.

De pakjes vlees worden zorgvuldig in de fietstassen gedaan. Daar boven op gaan de brieven die opgehaald zijn bij het postkantoor aan de Reeuwijkse brug.

De post is zo gesorteerd dat alle brieven uit Duitsland bovenop liggen.

Als klap op de vuurpijl mag ik vandaag mee. Ik hoef niet zelf te fietsen, maar mag luxe achterop bij vader. Bij een controle mag ik alleen mijn linker been een stukje verplaatsen zodat de klep van de fietstas minimaal open kan. Dat is de instructie. Ik snap er niets van, maar als vader zegt dat het zo moet gebeuren dan is dat zo.

Vader stapt op zijn zwaar beladen transportfiets en ik spring achterop.

Met mijn spillebenen stevig over de fietstassen om het goud nog extra te beschermen. Na nog een extra waarschuwing van pa "je houdt je bek", gaan we op pad. Niet de gebruikelijke postronde van pa, we gaan een totaal andere kant op. Ik vraag niks, de instructie is me duidelijk.

Nol is al eerder weer richting Boskoop gegaan. Die had nog meer vreemde zaakjes af te ronden. Het hing nu van pa en mij af om de bestellingen zo snel en veilig mogelijk af te leveren.”

Bron: Sonja de Jong

WillemKraan.jpg